Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hun vader sprak tot hen: Wat weg is hij getogen? En zijn zonen hadden den weg [20]gezien, welken de man Gods was getogen, die uit Juda gekomen was. 20. Dat is, zij hadden gelet, of vernomen wat weg hij ingegaan was, vertrekkende van Beth-el, en gaven hun vader dat te kennen.